Een man en een vrouw zijn op weg naar de Action in de stad als zij worden aangesproken door een vrouw.
‘Sallo, ma mag ik iets vra vragen?’ De vrouw praat met dubbele tong en ruikt naar drank.
‘Eh…ja hoor,’  antwoordt de man van het stel.
‘Soek de bus. Halte. Ja, de bushalte. Jij sweet waar ze sijn?’ 
‘De bushaltes?’  De man glimlacht even. ‘Natuurlijk, je gaat hier rechtsaf, dan links bij de Albert Heijn en voor de Hema weer links aanhouden.’ 
‘Sus hier recht, links bij de Jum Jumbo?’
‘Nee, de Albert Heijn.’
‘De Appie ja, de Hema en san?’
‘Bij de Hema ga je dus linksaf en dan loop je tegen een eetcafé aan.’
‘Café?’ Het gezicht van de vrouw klaart op. 
‘Ja een éétcafé. Daar ga je weer links. Dan zie je rechts voor je een kerk.’ 
‘Een kerk?’
‘Klopt. Het gebouw met de toren. Daar ga je linksaf. Wanneer je de eerste steeg rechts inloopt zie je de bushaltes recht voor je.’ 
‘Veel links en een keer rechts sus?’
‘Precies, kan niet missen.’
‘Saat lukken.’ De vrouw laat een boer.
‘Graag gedaan.’
De vrouw loopt waggelend de winkelstraat in en de man kijkt zijn vrouw lachend aan.
‘De bushaltes zijn toch achter ons, Martin?’
‘Klopt schat, maar met deze omweg is ze misschien weer nuchter wanneer ze de bus instapt.’
Lachend lopen ze de de Action in.